Mott MacDonald heeft in opdracht van de gemeente Oisterwijk een studie uitgevoerd naar duurzame oplossingsrichtingen voor het Masterplan. Het proces om dit aan te pakken was geënt op het door Mott MacDonald ontwikkelde ontwikkelingsproces INDUS (INtegrale DUurzame Stedelijke ontwikkeling). Het doel van de studie was antwoord geven op de vraag: hoe kan duurzaamheid concreet worden geïntegreerd in de ontwikkeling?
Stap 1 in het proces was het neerzetten van een duurzaamheidkader: definiëren wat duurzaamheid is en hoe te beoordelen. Er is ingezoomd op de meest toegepaste beoordelingsystematieken voor duurzaamheid (BREEAM, GPR, GreenCalc+) en de voor Oisterwijk ontwikkelde duurzaamheidbalans van Telos.
In stap 2 zijn de kernwaarden en doelstellingen voor een duurzame ontwikkeling bepaald in een workshop met de belangrijkste stakeholders (gemeentelijke diensten, projectontwikkelaars, waterschap, architecten en bouwkundigen). Daarnaast zijn de kansen en beperkingen in beeld gebracht van het terrein voor duurzame maatregelen.
In stap 3 is op basis van een uitgebreide analyse beoordeeld welke optimale oplossingsrichtingen er zijn op het gebied van energie, gebouwen, natuur, water, mobiliteit, openbare ruimte en gezondheid. Daarbij onderscheiden we drie opeenvolgende niveaus:
- Locatiegebonden duurzaamheid: gebruik makend van al aanwezige lokale elementen, zoals OV-stations en -haltes
- Plangebonden duurzaamheid: vaak gebouwgebonden, energie en materiaal gerelateerd
- Niet-plangebonden, omvat extra initiatieven voor de toekomst, zoals oplaadpunt elektrische auto’s
Tenslotte zijn de meest kansrijke oplossingsrichtingen bepaald. Bijvoorbeeld op energiegebied: WKO en anticiperen op zonnepanelen, oprichten van lokale energievoorziening in stoomketelhuis. De rol van betrokkenen, wijze van exploitatie, rendement en samenwerking zijn hierbij van wezenlijk belang.